Buren: pimpelmeesjes of toch koolmeesjes?

Drie weken geleden kreeg ik een mezenkast cadeau. Een heel mooie – een stuk stam van een uitgeholde berk met een klein rond gaatje erin en een groen dakje erop. Omdat het al prachtig lenteweer was en de vogels rondom mijn huis druk aan het nestelen waren, hing ik hem nog hetzelfde weekend op.

De mezenkast ophangen

Aan de voorkant van het huis is het veel te warm, dus ik koos een plek aan de achterkant op ongeveer drie meter van de grond, uit de wind. Ik leende bij de overburen een ladder, boorde twee gaatjes in de voeg van de muur en in een mum van tijd hing het huisje.

Een week later zie ik door het huiskamerraam twee pimpelmeesjes. Ze zitten in de struik onder de mezenkast. Zóú het?

Nieuwe buren!

Afgelopen woensdag ben ik druk bezig in de tuin als ik ineens gekwetter achter me hoor. Ik draai me om en kijk omhoog – en ja hoor, er zit weer een pimpelmees in dezelfde struik. Hij aarzelt, wipt heen en weer tussen de takjes en vliegt dan zo het kleine gaatje van de mezenkast in. Even later steekt hij zijn koppie eruit en kijkt op zijn gemak rond. Een uurtje later zijn ze er samen. Een van de twee heeft een snavel vol droog gras en veertjes en vliegt de kast in, de ander kijkt toe. Ik heb buren!

Kapers op de kust

Vanmorgen zijn de meesjes al vroeg in de weer met het afbouwen van hun nest. Ik kijk naar ze door het slaapkamerraam. Dan zie ik twee koolmezen. Het zijn grote robuuste vogels vergeleken met de fijngebouwde pimpelmeesjes. Ze intimideren de pimpelmeesjes, die met hun volle snavels de mezenkast in willen. Dan jaagt een van de koolmezen een pimpelmeesje weg.

Als dat maar goed komt…